Regelgeving randbeveiliging

Regelgeving van de arbeidsinspectie:

Wanneer nodig?

Randbeveiliging in de vorm van hek- of leuningwerk wordt toegepast bij:

  • Vloer- en dakranden, steigers, bij openingen in wanden en bij vloeropeningen die niet kunnen worden dichtgelegd
  • Indien het valgevaar meer dan 2,5 m is
  • Indien het valgevaar minder dan 2,5 m is bij
  • gevaar om op uitstekende delen te vallen
  • gevaar in het water te vallen
  • aanwezigheid van verkeer
  • en andere gevaarlijke ondergrond

Sterkte van leuning- of hekwerk

  • Bij een neerwaartse belasting van 1250 N mag de randbeveiliging maximaal 5 cm doorbuigen
  • Bij een opwaartse belasting van 300N moet de beveiliging intact blijven
  • De leuning/hekwerk moet minstens 1 m boven het oppervlak uitsteken
  • De leuning moet voorzien zijn van een kantplank (15 cm hoog) en een tussenleuning op 50 cm hoogte
  • Indien er een opening in de leuning noodzakelijk is (als toegang tot de lift bijvoorbeeld), moet een slagbom worden aangebracht

Regelgeving

Het Arbobesluit 3.16.6 stelt eisen aan de sterkte en afmetingen van leuningsystemen.

Meer informatie? Klik hier.